Sommige verhuurders vragen naast de huur ook nog andere vergoedingen. Hieronder staan ze op een rijtje:
- borg: dit is meestal een bedrag ter grootte van een maand huur (als het bedrag hoger is dan drie maanden huur kun je hier tegen in beroep gaan), als waarborg voor het in goede staat achterlaten van de woonruimte bij vertrek. Bij het verlaten van de woonruimte krijg je je geld terug (minus de eventuele door jou veroorzaakte schade).
- verhuurkosten: algemene kosten die door de verhuurder gemaakt worden om de woonruimte te verhuren (advertenties plaatsen, contract opstellen e.d.). Het is maar de vraag of de verhuurder dit mag doorberekenen, en in sommige gevallen kan de huurcommissie bepalen dat het geld terugbetaald moet worden.
- sleutelgeld: bedrag dat gevraagd wordt door de verhuurder als voorwaarde voor het totstandkomen van de huurovereenkomst. Dit mag niet; het geld kan later (als je een betalingsbewijs hebt) teruggevorderd worden bij de kantonrechter.
- overnamekosten: vergoeding voor 'roerende zaken' (zoals meubilair, vloerbedekking e.d.) die zich in de woonruimte bevinden. Door overnamekosten te betalen wordt de huurder eigenaar van de zaken waarvoor hij heeft betaald. Het is overigens niet verplicht om meubilair en dergelijke over te nemen van de oude huurder.
Voor 'nagelvaste zaken' zoals een inbouwkeuken of een ligbad mogen nooit overnamekosten gevraagd worden