In de volgende gevallen kan de huur opgezegd worden:
- Als je bij de verhuurder in huis woont en je woont hier korter dan 9 maanden
- Als je niet kunt bewijzen dat je ergens huurt (als je geen contract hebt en geen bankafschriften of betalingsbewijzen hebt)
- Als je een tijdelijk huurcontract hebt kan de verhuurder je per de einddatum van het contract de huur opzeggen (let wel: er zijn regels voor een tijdelijk huurcontract; als de verhuurder zich hier niet aan gehouden heeft geldt het contract als contract voor onbepaalde tijd en kan de huur niet opgezegd worden).
- Als het bovenstaande niet van toepassing is kan de verhuurder alleen de huur opzeggen in een aantal extreme situaties:
- als de woning volgens een gemeentelijk bestemmingsplan gesloopt moet worden of verbouwd moet worden tot winkel o.i.d., en de verhuurder is van plan dit te doen;
- als de verhuurder voor de rechter kan aantonen dat hij de woning harder nodig heeft dan jij (als bijvoorbeeld zijn eigen huis is afgebrand);
- als je chronisch wanbetaler bent of je als huurder ernstig misdraagt;
- als je een redelijk aanbod voor een nieuw huurcontract weigert (het aanbod mag geen verandering van de huurprijs of servicekosten inhouden).
De verhuurder moet hierbij wel rekening houden met de (behalve in het tweede geval, zo iemand hoeft zich helaas van geen enkele regel wat aan te trekken).
In alle andere gevallen kan de verhuurder de huur niet opzeggen, tenzij de huurder daarmee akkoord gaat. Gebeurt dit, bijvoorbeeld als de verhuurder het huis wil verkopen, dan is de meest praktische oplossing dat de verhuurder voor vervangende woonruimte zorgt en/of een afkoopsom betaalt.